Wapens & vernuft
Contactloze granaten
Volgens sommige historici was de proximity fuze de belangrijkste technische verworvenheid van de geallieerden in de Tweede Wereldoorlog. Belangrijker nog dan radar of de atoombom.
Lang was het zo dat wie een schip, vliegtuig of wat dan ook met een granaat wilde beschieten, dat doel ook echt moest raken. De granaat ontplofte pas als hij in contact kwam met het doel. Dat was een enorm probleem. Een doel raken op grote afstand is gemakkelijker gezegd dan gedaan, zeker als dat doel in beweging is. En nog veel meer als je zelf ook in beweging bent. Er zijn schattingen dat tegenover elke geslaagde poging een Duits vliegtuig in de Slag om Engeland neer te halen, minstens twintigduizend mislukte pogingen stonden. Dat was natuurlijk in allerlei opzicht erg nadelig (behalve misschien voor de Duitse piloot).
Een vroege poging om het aantal treffers te verhogen is lichtspoormunitie: schiet een reeks lichtpatronen af met daartussen op regelmatige afstand een echte, scherpe granaat. Zo zag de schutter een stippellijn van lichtpunten voor zich, die hij al schietende op zijn doel kon richten. Nadeel was dat er nog steeds veel munitie nodig was. Zeker de eenpersoons jachtvliegtuigen konden maar een beperkt gewicht aan munitie meenemen.
Een andere innovatie was de getimede granaat. Die ging niet af als hij zijn doel raakte, maar als een ingebouwde timer afliep. Aan de schutter de taak om de timer in te stellen op basis van de afstand tot het doel en de snelheid van het projectiel. Als het goed was, detoneerde de granaat op een meter of wat afstand van het doel. Als het niet goed was, ontplofte het projectiel te ver voor of achter het doel om enige schade aan te richten. Onnodig te zeggen dat het juist instellen van de timer ontzettend lastig was, zeker als het doel (een vliegtuig) in beweging was, de schutter (een schip) ook, en er een flinke wind stond. Alleen zeer ervaren schutters konden ermee overweg, zeker in het heetst van de strijd.
Nabijheid
Dat was de situatie toen de proximity fuze ten tonele verscheen. Een vertaling zou misschien nabijheidsontsteking zijn. Wij houden het op contactloze granaten. Een contactloze granaat hoeft zijn doel niet te raken, noch hoeft er een timer nauwkeurig te worden afgesteld. Een contactloze granaat hoeft alleen maar op niet te grote afstand langs zijn doel te vliegen.
Dat zo’n contactloze granaat nuttig zou zijn, was iedereen aan het begin van de Tweede Wereldoorlog wel duidelijk. Zowel de Duitsers als de geallieerden voerden experimenten uit om ernaartoe te werken. Een contactloze ontsteking zou je kunnen verwezenlijken door de reflectie van een lampje waar te nemen, door te luisteren naar het geluid van het doel (een vliegtuigmotor) of door een soort metaaldetector in te bouwen. Al deze ideeën hadden als nadeel dat ze met elektronica moesten werken. En elektronica van vóór de uitvinding van de transistor (1947) was groot en kwetsbaar. Er zaten altijd radiobuizen (lampen) in. Dat paste nooit in een granaatkop die met grote kracht werd afgeschoten.
Totdat de Britten en de Amerikanen er eens goed voor gingen zitten. Al in een vroeg stadium van de oorlog, vanaf oktober 1939, verrichtten de Britten veel werk aan radar. In het verlengde daarvan ontstond een uitgeklede versie: een radar waarmee uitsluitend de nabijheid van een doel kon worden vastgesteld, niet de richting. Zo’n instrument zou ideaal zijn om een contactloze granaat te verwezenlijken. Deze kennis werd, tegelijk met de blauwdruk voor radar, in september 1940 met de Amerikanen gedeeld (in de zogeheten Tizard-missie).
Johns Hopkins
De Britse vondst leed nog steeds aan de nadelen van de vooroorlogse elektronica: groot en kwetsbaar. In de VS werd een ploeg wetenschappers en technici geformeerd aan de vermaarde Johns Hopkins Universiteit om dit probleem aan te pakken. Die slaagde erin een radiobuis te ontwikkelen die veel kleiner was dan gebruikelijk, veel minder spanning nodig had dan voorheen, en bovendien bleef werken als hij onderworpen werd aan de enorme versnelling en rotatie die je in een geschutsloop meemaakt. Samen met een groot aantal andere slimmigheden ontstond een apparaatje dat zo klein was dat het kon meereizen in de kop van 2 inch-granaten. In mei 1941 was het klaar – ongekend snel.
De eerste contactloze granaatkoppen werden, ironisch genoeg, vervaardigd door een fabriek voor kerstverlichting in Cleveland. Al spoedig was er over de gehele VS een groot deel van de elektronische industrie, meer dan honderd fabrieken van 87 bedrijven, ingeschakeld voor de productie. Er waren ruim tweeduizend toeleverende bedrijven. Het werk werd voornamelijk door vrouwen gedaan omdat de mannen op het slagveld waren, maar ook omdat het priegelwerk was. De kosten per eenheid daalden van een aanvankelijke 732 dollar naar 18 dollar in 1944. Er werden 22 miljoen eenheden geproduceerd.
Geheim
De contactloze granaat moest natuurlijk geheim blijven voor de Duitsers. Gezien het aantal bedrijven en mensen dat erbij betrokken was mag het een wonder heten dat dat is gelukt: de Duitsers hebben er tot aan het eind van de Tweede Wereldoorlog geen idee van gehad waarom geallieerde beschietingen en bombardementen ineens zoveel effectiever bleken te zijn.
Ook voor de eigen gelederen werd de contactloze granaat in het vage gehouden. Geallieerde schutters wisten eigenlijk niet waarmee ze schoten. De munitie werd meestal VT-granaat of VT-bom genoemd, waarbij VT staat voor Variable Time. Dat borduurde voort op de oudere getimede granaat en liet niets los over de eigenlijke werking.
Contactloze granaten waren vooral belangrijk in de strijd tegen Japanse kamikazepiloten en in de verdediging van Londen tegen V1-aanvallen. De geallieerden waren aanvankelijk terughoudend ze te gebruiken in situaties waarbij ze in handen konden vallen van de Duitsers. Pas in het Ardennen-offensief (december 1945) werden ze op het veld gebruikt.
Video Museum of Our Industrial Heritage
De Rosenbergs
De proximity fuze was een van de belangrijkste Amerikaanse militaire geheimen die het roemruchte echtpaar Julius en Ethel Rosenberg in handen van de Sovjet-Unie speelden. Julius Rosenberg werkte van 1940 tot 1945 bij het Army Signal Corps en wist zodoende van de contactloze ontsteking. Hij zond een complete, werkende proximity fuze naar Moskou. De VS en de Sovjet-Unie waren in de Tweede Wereldoorlog weliswaar bondgenoten, maar deelden geen informatie met elkaar. Julius en Ethel Rosenberg werden in 1950 gearresteerd en uiteindelijk in 1953 tot de elektrische stoel veroordeeld, een tot op de dag van vandaag zwaar omstreden vonnis.
Video Real Engineering
Video Curious Droid
Video Johns Hopkins University