Op zee: marine
Ark Royal
De Ark Royal – het grootste vliegdekschip van de Royal Navy – was ruim voorzien van allerlei nieuwe snufjes.
De 22 duizend ton metende en 240 meter lange Ark Royal werd in 1938 opgeleverd en was bij het uitbreken van de oorlog dus zo goed als nieuw. Ze had 1488 bemanningsleden aan boord. Met haar drie stoomturbines kon ze een snelheid bereiken van 30 knopen (56 km per uur). De bewapening, vooral luchtdoelgeschut, bestond uit zestien snelvurende 110 mm kanonnen, zes achtloops, 2-ponds, 40 mm kanonnen (pompoms) en acht vierloops 12,7 mm machinegeweren.
De Ark Royal was het eerste vliegdekschip waarvan de hangars en het vliegdek in de romp waren geïntegreerd in plaats van als aanbouw of deel van de bovenbouw zoals bij oudere schepen. Deze ‘inclusieve constructie’ moest in combinatie met de bepantsering, zoals die van de hangars – 19 mm staalplaat – en de machinekamer – gordelpantser van 11,4 cm – voor een betere bescherming zorgen. Ook een nieuwigheid was dat de Ark over twee hangardekken beschikte. Daardoor konden tot 72 vliegtuigen meegenomen worden. Door de ontwikkeling van grotere en zwaardere vliegtuigen werden dit er in praktijk echter tussen de 50 en 60: voor die tijd evengoed niet mis. Drie liften verplaatsten de vliegtuigen tussen de hangars en het vliegdek. Verder stonden op het vliegdek twee door stoom aangedreven katapulten om de vliegtuigen mee te lanceren. Ook had het schip een kabelsysteem waarmee landende vliegtuigen snel konden worden gestopt.
De Ark Royal had Blackburn Jagers, Fairey Swordfish, Blackburn Roc jachtbommenwerpers en Fairey Albacore torpedobommenwerpers aan boord. Het schip was actief in de zogenaamde hunter-killer groups, nam deel aan de zoektocht naar de Bismarck, Scharnhorst en Gneisenau, de jacht op de Graf Spee en begeleidde konvooien naar Malta.
Op 13 november 1941 werd het tot dan toe duurste Britse niet-slagschip door de Duitse onderzeeër U-81 getorpedeerd en zonk een dag later. Eén bemanningslid verloor daarbij het leven.